Het topje van de ijsberg – je merkstem
Met de regelmaat van een Zaanse koekoeksklok krijg ik de vraag om iemand te leren schrijven zoals ik.
Zeer vereerd dan natuurlijk.
Maar daar kan ik echt niet op ingaan.
Want er is er maar eentje die zo schrijft als ik hier doe – dat kun je wel zien, dat ben ik. Soms is het krom. Soms grappig. Soms kattig. Soms slecht gehumeurd. Maar altijd goed bedoeld.
Voor klanten is het een ander verhaal – dan ga ik in hun schoenen staan. Maar hier doe ik het zoals ík het wil.
Dat wil jij helemaal niet
Schrijven als een vrouw van zekere leeftijd die op een maandagachternamiddag een tekst zit te tikken.
Jij bent degene met wie je klanten straks te maken hebben. Jouw karakter moet erin doorklinken. Jij wil schrijven als jezelf en liefst nog als een versterkte versie van jezelf.
Ik schreef al eerder (hier en hier en hier) waarom je er goed aan doet na te denken over hoe je wil schrijven. Want je woorden en zinnen bepalen welke indruk je maakt bij je lezer. Wat voor gevoel hij of zij erbij heeft. En of er iets bij je gekocht wordt of niet.
Sommigen moeten schrijven zoals ze praten
Een van mijn klanten is een bevlogen spreekster. Ook in een persoonlijk gesprek is ze heel overtuigend. Sterke woorden, goedlopende zinnen. Als Brugman.
Maar eerlijk, even tussen ons – schrijven kan ze niet. En dan ook echt niet. Soms krijg ik conceptteksten van haar: je reinste wartaal. Omdat ze wel zelf blogartikelen wilde schrijven, was mijn advies om haar teksten eerst in te spreken en daarna uit te werken. Dat werkt als een tierelier voor haar.
En dan ik
Schriftelijk ben ik prima verstaanbaar. Overtuigend en helder.
Maar mondeling – komt het er allemaal niet zo vloeiend uit.
Niet dat ik een stotteraar ben. Volgens mij komt het doordat ik sneller denk dan dat ik praat. Soms schiet ik ook nog ‘s een verkeerd denk-laantje in, en moet ik halverwege terugkomen op wat ik heb gezegd. Dat kan ik beter niet allemaal opschrijven.
Tja. Daarom hou ik ook erg van schrappen.
Een andere klant heeft een vaste lievelingsuitdrukking
Laat ik nu even zeggen dat het ‘in je kracht staan is’. (Dat is het niet, maar als ik zeg welke het wel is, weet je over wie ik het heb. En dat wil ik niet.) Niet echt een uitdrukking waarvan je zegt: origineel. Eerder uitgemolken en afgesleten.
In het begin heb ik geprobeerd haar op andere gedachten te brengen. Maar ze stond erop. Voor haar waren die woorden enorm belangrijk en verwoordden ze precies wat ze bedoelde. Ze zegt het ook vaak tegen haar klanten en in webinars enzo.
En niet alleen dat: ze doet het ook. Ze is een van de weinige coaches die ik ken die mensen echt weet te empoweren. Dus wie ben ik om haar andere, minder uitgemolken woorden te laten gebruiken? Die woorden passen precies bij haar en haar individuele merkstem.
Het grote geheim van je merkstem dat niemand je ooit heeft willen vertellen –
– is dat het vooral om goed Nederlands gaat.
Meer specifiek: goed Nederlands voor online.
Dat eerste heb je geleerd op school. En over dat tweede is online enorm veel informatie te vinden. Als je het in je vingers wil krijgen, moet je vooral veel oefenen. Daar helpt geen lieve moeder aan.
Wat ik je vooral wil meegeven is dat je je niet moet laten verlammen door de vraag ‘hoe schrijf ik zoals mezelf’. Schrijf vooral goed Nederlands! Dat is 95% van het verhaal.
Goed Nederlands kun je zien als het grote onzichtbare deel van de ijsberg onder water, die 95%. In de resterende 5% – het zichtbare topje – gebeurt het. Daar geef jij jouw eigen sjeu aan je taal. Met woorden die echt bij jou horen en typische metaforen.
Het handige is dat je er van tevoren over kan nadenken. Keuzes voor kan maken: dit woord wel en dat juist niet.
Je kunt alvast een blablalijst maken
Wat je deze week bijvoorbeeld kan doen is opschrijven aan welke woorden je sowieso een schurfthekel hebt.
Misschien eens bij anderen kijken hoe ze het doen. Welke woorden wil jij nooit en te nimmer zeggen of schrijven?
Of kijk naar wat je zelf al hebt geschreven. Hou een tijdje bij wat je zegt. Met welke woorden moet je stante pede ophouden, omdat ze vleesgeworden blablaclichés zijn of nietszeggende modewoorden?
En een hahalijst
Daar zet je woorden op die je wel vaker wil zien. Omdat ze belangrijk voor je zijn, omdat je ze mooi vindt, omdat ze typisch jij zijn.
Als je dit een tijdje volhoudt, heb je op een gegeven moment twee lijsten. Die kun je erbij houden als je iets wil gaan schrijven. Dan weet je welke woorden je per se niet wil gebruiken en welke juist wel.
Een mooi begin van de ontwikkeling van jouw merkstem – dus niet die van mij (of iemand anders).
Recente blogartikelen
Over Els Brouwer
Doet sinds 2007 aan online copywriting en contentmarketing, samen met ondernemers. Helpt graag, maar heeft wel een mening. Wars van goeroes en nuchter as a dodo.